epigenetica

Epigenetica is de bestudering van de volledige verzameling epigenetische veranderingen in het genetische materiaal van een cel, bekend als het epigenoom. Het epigenoom markeert het genoom op twee belangrijke manieren, die beide een rol spelen bij het in- of uitschakelen van genen. In de epigenetica proberen onderzoekers de locaties in kaart te brengen van en inzicht te krijgen in de functies van alle chemische labels die het genoom markeren. Epigenetische kaarten kunnen misschien ooit artsen helpen een diagnose te stellen en de respons van een patiënt op therapieën op hem/haar af te stemmen.

epigenetica (Wikipedia)
Deel van een serie artikelen over

Delende moedercellen in het stuifmeel van een Lelie (1600x)
Stuifmeelcellen in meiose
––– Algemeen –––

Chromosoom · DNA · Erfelijkheid · Genetische variatie · Genoom · Mutatie · Nucleotide · RNA


––– Onderzoek –––

DNA-analyse · Gentechnologie · Genomica · Sequencing


––– Vakgebieden –––
Epigenetica · Klinische genetica · Mendel · Moleculaire genetica · Populatiegenetica

Portaal  Portaalicoon  Genetica

Epigenetica is het vakgebied binnen de genetica dat de invloed bestudeert van de omkeerbare erfelijke veranderingen in de genexpressie die optreden zonder wijzigingen in de sequentie (volgorde van de basenparen) van het DNA in de celkern. Het betreft (duurzame en erfelijk doorgegeven) veranderingen in de schakelaars die de betreffende genen aan of uit zetten, bijvoorbeeld door een aan het gen gehechte methylgroep of door inkapseling van het gen door histonen. Epigenetica bestudeert ook de omgevingsprocessen die de zich ontplooiende ontwikkeling van een organisme beïnvloeden. In beide gevallen wordt bestudeerd hoe gen-regulerende informatie die niet in DNA-sequenties wordt uitgedrukt toch van de ene generatie (cellen of organismen) op de andere wordt overgedragen - dat wil zeggen (afgaand op het Griekse prefix), 'bijkomend bij' of 'supplementair aan' de genetische informatie die in het DNA gecodeerd zit.

Dit type van regulering kan zich richten op het DNA, het RNA of de proteïnen (bijvoorbeeld als histoncode) en werkt op het niveau van de celkern of van het cytoplasma. Nucleosomen spelen hierbij een belangrijke rol.